Het is vakantie. Misschien denk je: wat kunnen we ondernemen om de kids bezig te houden? Je bent niet de eerste ouder die constateert dat er genoeg speelgoed is, maar dat de kinderen zich toch stierlijk vervelen. Klinkt misschien gek, maar juist mínder speelgoed zorgt ervoor dat je kinderen méér gaan spelen.
Neem nou het keukentje op deze foto. Het is bij veel mensen een opslagplek van heel veel keukenspulletjes. Misschien wel drie soorten servies, verschillende varianten kookgerei en allerlei AH-miniproducten. Maar neem van mij aan: als je kind echt wilt dat je kind met een keukentje speelt, dan moet je selectief zijn in de spullen. Anders is het kind meer bezig met het verplaatsen van speelgoed en wordt zo’n keukentje vooral een opbergkast. Zo werkt het ook met ander speelgoed. Je kan er beter voor kiezen maar een gedeelte van de keukenspullen daadwerkelijk in het keukentje te doen.
Vind je dat overdreven? Of misschien zelfs sneu voor je kind?
Vergelijk het met jezelf. Een maaltijd voorbereiden in een overvolle keuken werkt ook niet. Juist een opgeruimd aanrecht (lees: werkruimte & overzicht) zorgt ervoor dat je prettig kunt koken.
Overdaad en te veel; het maakt je passief. Als je in een drukke kledingwinkel tussen de stapels uitverkoopjes iets wilt zoeken, dan gaat dat ook moeizaam. Dan denk je ook al snel: ik kijk wel een andere keer.
Ik heb een aantal tips opgesteld die je kind kunnen helpen tot spel te komen.
- Het mooiste speelgoed is geen speelgoed. Laat je kinderen ook spelen met gewone gebruiksvoorwerpen. Kinderen willen graag het gewone leven naspelen.
- Zorg dat speelgoed een vaste plek heeft. Dan pak je het gemakkelijker en kan het kind het ook zelfstandig opruimen.
- Berg het speelgoed thematisch op. Dus alleen Duplo in de Duplo-bak en dieren in de dierenbak. Voorkom dat het vergaarbakken worden.
- Kijk eens goed waar écht mee wordt gespeeld. Is het het gereedschap of daadwerkelijk de werkbank? Wordt het poppenhuis gebruikt of alleen de losse poppetjes op de keukentafel? Overweeg dan om het poppenhuis weg te doen. Het is vaak allemaal een ‘sta in de weg’.
- Zorg voor afwisseling in de speeltijd. Een vrije vakanatiedag duurt voor een kind een eeuwigheid. Deel de speeltijd van je kind dus in. Eerst mag het een half uurtje alleen spelen, met bijvoorbeeld de dieren. Daarna ruimen we op en doen we samen een spelletje. Om vervolgens wat te gaan eten en drinken. Biedt duidelijkheid. Vanmorgen spelen we thuis, buiten in de tuin. Na het middageten gaan we naar de bibliotheek. Ook oudere kinderen vinden het prettig te weten wat er van hen wordt verwacht. Vanmorgen kan je lekker chillen, vanmiddag gaan we samen op stap.
- Trap niet in de valkuil dat je je kind steeds moet vermaken. En ja, sta dus ook toe dat je kinderen zich vervelen.
Als ik vroeger zei dat ik me verveelde, dan had mijn moeder altijd wel een klusje voor me. Lang niet altijd even leuk trouwens. Op andere momenten dacht ik dan: ik bedenk zelf wel wat. Maar ze mogen best even klagen dat ze niet weten wat ze willen doen. Bedenk dan dat jij niet altijd de oplossing hoeft aan te dragen.
‘Van zelf bedenken word je creatief. Creativiteit komt dus na het vervelen…’
En als je ze toch een zetje in de goede richting wilt geven, dan zou je drie keuzes voor kunnen houden. ‘Je gaat òf kleuren òf buiten spelen òf met de Lego. Vertel maar, welke kies je?’
Veel speelplezier deze vakantie!