Maandagmorgen. De hele week ligt nog voor je. Misschien een mooi moment om te bepalen wanneer je aan de slag gaat met alle plastic bekers, bordjes, bakjes en schaaltjes die we vaak speciaal aanschaffen voor onze kinderen.
Misschien heb je er zelfs wel een aparte lade voor. Of ligt ‘t allemaal in je aanrechtkastje? In een gezin is aan dit soort spullen geen gebrek. Handig met kinderen, want ze breken niet. Soms krijgen kinderen die bekers cadeau aan het eind van een verjaardag. Dan zijn ze gevuld met iets lekkers. Maar toch is de vraag: hoeveel heb je er nou echt nodig?
Uit alle kastjes
Haal al het plastic serviesgoed tevoorschijn. Stel de bekers, bordjes en kopjes uit op tafel. Zoek uit welke jullie als gezin echt gebruiken. Houd alleen die. Waarom zou je drie tuitbekers bewaren, terwijl je kind er maar uit één drinkt? Sterker nog: je bewaart twee bekers waarvan je weet dat die eigenlijk lekken. Waarom staan ze dan toch nog in je kastje?
Ik ga nog even door hoor. Want waarom zou je zestien bekers in je kast hebben als je drie kinderen hebt? Je hoeft toch niet een heel weeshuis van drinken te voorzien? Natuurlijk, je houdt er een paar extra voor als er klasgenootjes komen spelen. Maar dat is nog geen reden om er een complete verzameling op na te houden.
Genoeg
In onze keuken hebben we deze bakjes, vier bordjes en vier bekers. Ze zijn van het bekende Zweedse warenhuis. We redden ons er prima mee. Tegenwoordig zou ik liever voor bamboe servies kiezen. Hoe minder plastic in huis, hoe beter. Ook in relatie tot voeding; die twee vormen nu eenmaal niet zo’n goede combinatie. Maar het serviesgoed hadden we al. Dat ga ik nu dus niet zomaar weg doen of weggooien. Het is voorlopig heel goed te gebruiken.
Hou gaan jullie om met servies voor kinderen?