‘Ai! Ze hebben hier een blauwe zone. Maar uhh, waar is die parkeerschijf gebleven?’
Je hand gaat richting het rommelvak in het portier. Nee, niets. Misschien in het dashboardkastje? Ook niet. Zul je net zien, net nu je dat ding nodig hebt is-ie foetsie. En probeer na het overhoop halen van het dashboardkastje de klep maar weer eens fatsoenlijk dicht te doen… Herkenbaar?

Voordat je kinderen had, was die auto misschien nog wel redelijk opgeruimd.  Maar bij de meeste gezinnen verandert zo’n auto al snel in een echte gezinswagen, inclusief de troep die daar bij hoort. Prentenboeken, spulletjes voor onderweg, kleverige snoeppapiertjes, achtergebleven speelgoed etc. 

• Het is een goed moment om eens na te denken over wat er allemaal in je auto moet liggen. Te beginnen bij het dashboardkastje? Wat! Vier blauwe zone kaarten? Niet nodig. Geef ze weg aan iemand die zonder zit. Denk bijvoorbeeld aan een jongere die net zijn rijbewijs heeft gehaald.
• Zo’n plastic bakje met reservelampjes, zekeringen etc. Doen ze het nog? En horen ze eigenlijk wel bij deze auto? Zoek het desnoods op in het onderhoudsboekje. Zoiets wil je bij de hand hebben als je erom verlegen zit.
• Hoe zit het met de verzekeringspapieren? Die van twee jaar terug hoeven er echt niet in te zitten. Maak het mapje met autopapieren up-to-date. Zodat je niet hoeft niet te stuntelen met oude paperassen als de politie je een keer aanhoudt.
• En wat te denken van speciale kledinghangers voor in de auto? Geurverfrissers, zodat het ritje door de polder lijkt op een tocht door glooiende lavendelvelden? Een opbergvakje mét antislip. Een autoventilator? Het lijkt me overbodige meuk waarmee je bij aanschaf vooral de winkelier hebt blij gemaakt. Weg ermee!
• Dan is er ook nog de afdeling speelgoed speciaal voor in de auto. Heb ik me altijd over verbaasd. Waarom volstaat een gewoon autootje niet meer tijdens een lange rit?

Kortom, mest je auto eens goed uit. Spreek met je gezin af: we zorgen ervoor dat er geen troep achterblijft in de auto. Dus na elke rit even goed kijken bij het uitstappen. Rommel in een schone, opgeruimde auto valt ook veel sneller op 🙂